DORDRECHT / PAPENDRECHT – De kans op een keizersnede bij een eerste bevalling die wordt ingeleid, is in het Albert Schweitzer ziekenhuis in twee jaar tijd meer dan gehalveerd. Dat bericht het ziekenhuis woensdag 6 september 2023.
Klinisch verloskundige Carola Adriaanse met een patiënte. “Langer wachten na het inleiden is echt een effectieve manier om een keizersnede te voorkomen”, zegt Adriaanse. (Foto Frederike Roozen)
In 2020 kwam het bij één op de drie van dergelijke bevallingen bij Geboortecentrum Rhena nog tot een keizersnede (sectio). Na het nemen van een pakket maatregelen vanaf 2021 was dat in de eerste helft van 2023 nog maar bij 1 op de 7 het geval en de trend zet door.
Criteria
Volgens de gynaecologen en verloskundigen van het ziekenhuis is dit goed nieuws, want een sectio is een uitkomst die je het liefst probeert te vermijden tenzij het niet anders kan, zoals bij een baby in nood. “In 2021 viel in onze jaarlijkse kwaliteitscijfers op dat het percentage sectio’s al langere tijd stijgend was”, legt physician assistant/klinisch verloskundige Carola Adriaanse uit. “Dat konden we niet goed verklaren, want de criteria om tot een keizersnede over te gaan waren niet veranderd.”
Sensationeel
Er werd een taskforce gevormd die op zoek ging naar de oorzaak en een oplossing. Het resultaat mag gerust sensationeel genoemd worden. Adriaanse: “We hebben in een zogeheten retrospectief statusonderzoek teruggekeken naar sectio’s uit de afgelopen jaren waarbij het de bedoeling was geweest om vaginaal te bevallen. Per bevalling hebben we in kaart gebracht waarom dit uiteindelijk niet was gelukt en wat in het verloop van de baring anders had kunnen verlopen om het wel te laten lukken.” Eén allesomvattende verklaring van het hoge aantal keizersnedes werd daarbij niet gevonden.
Veilige marges
Wél kwam naar voren dat met name bij de ingeleide, eerste bevallingen een niet vorderende ontsluiting vaak de reden was geweest voor een sectio, die wellicht te voorkomen was geweest. “We zagen in die groep veel aanknopingspunten voor verbetering”, vertelt gynaecoloog in opleiding Suzan Hulst. “Het klinkt simpel, maar langer wachten na het inleiden is echt een effectieve manier om een keizersnede te voorkomen. Lang niet altijd was 18 tot 24 uur gewacht, terwijl dat binnen veilige marges kan. Eén van onze aangepaste werkwijzes is nu dan ook om meer geduld te hebben. Daar hoort bij dat we de barende vrouw er zo vroeg mogelijk op voorbereiden dat het lang kan duren en dat we elkaar kritischer bevragen of er alles aan gedaan is om tot een vaginale bevalling te komen, voordat tot een sectio wordt besloten.”
Inleidingen
En dat is niet het enige aangepaste protocol. Hulst: “De methodes om ontsluiting te maken zijn aangepast, de dosering van de weeënopwekkers gaat nu sneller omhoog en er is meer aandacht voor goede pijnstilling. We hebben een heel pakket aan concrete maatregelen genomen die er in samenhang voor kunnen zorgen dat het niet tot een keizersnede komt. Het liefst zouden we elke sectio met als reden dat de ontsluiting tijdens de bevalling niet vordert, willen voorkomen.” In het onderzoek is overigens ook geanalyseerd of inleidingen uit het verleden terecht waren en dat waren ze. Het percentage inleidingen is sinds de maatregelen gelijk gebleven.
Delen resultaat
De geleerde lessen worden binnenkort gedeeld via een artikel in het Nederlands Tijdschrift voor Obstetrie en Gynaecologie. “We hebben veel geleerd door met alle betrokken disciplines naar onze cijfers te kijken. Daardoor hebben we in korte tijd het tij kunnen keren, van een hoog aantal keizersnedes naar nu een positie beneden het landelijk gemiddelde.” Het effect versterkt zichzelf, betogen Adriaanse en Hulst. “Je spreekt er meer met elkaar over, we integreren de maatregelen in het onderwijs en we zien dagelijks het resultaat. Dat heeft ons veel bewuster gemaakt.” Voor de barende vrouwen is het sowieso beter, aldus het tweetal: “Een keizersnede is áltijd risicovoller en kan later nog vele complicaties geven.”